Doel 1-5 Duurzame landbouw
In dit hoofdstuk gaat het over doel 1.5 uit de begroting: sterke positie voor duurzame economisch rendabele grondgebonden landbouw. Voor dit doel onderscheidt GS drie taken:
- Opstarten programma’s gericht op kennis, ontwikkeling en innovatieve landbouw
- Participeren in innoverende samenwerkingsverbanden
- Faciliteren aanvragen kavelruil
Om de sprong naar een sterke, duurzame en toekomstbestendige grondgebonden landbouw te maken, hebben PS op 29 juni 2016 het Ambitiedocument InnovatieAgenda Duurzame Landbouw vastgesteld. Centraal staat een veranderaanpak met proeftuinen. Voor de uitvoering van deze proeftuinen is € 14 mln beschikbaar gesteld, die voor 50% gefinancierd wordt uit Europese subsidie voor plattelandsontwikkeling (POP3). PS hebben daarnaast € 1 mln beschikbaar gesteld als werkbudget.
Centraal staat de ambitie om te komen tot een duurzame landbouw- en voedselketen in Zuid-Holland, voor gezond, duurzaam en betaalbaar eten voor iedereen. Duurzaamheid is in dit verband de toestand waarbij wordt voldaan aan de behoeftes van zowel de huidige als de behoeftes van de toekomstige generaties (d efinitie van de VN-commissie Brundlandt (1987).
Op grond van deze ambitie staan de volgende doelen centraal:
A: Verbeteren kwaliteit van de leefomgeving via verduurzaming door:
- sluiten van kringlopen van grondstoffen;
- versterken van regionale voedselketens;
- versterken biodiversiteit bij normale agrarische bedrijfsvoering door nieuwe verdienmodellen.
B: Versterken van volhoudbare sterke economische sector door:
- landbouwsector als sterke economisch cluster op lange termijn in stand houden.
De veranderaanpak stimuleert en faciliteert duurzame innovaties in de vorm van proeftuinen. Proeftuinen zijn een zichtbare plek waar de provincie samen met koplopers in de landbouw- en voedselketen innovaties gericht op duurzame landbouw ontwikkelt en uitprobeert. Vooral de combinatie van proeftuinen met het Platform Duurzame Landbouw en met het Kennis- en Ontwikkelprogramma maakt de aanpak sterk. Dat zorgt er voor dat niet alleen deelnemers hun kennis en ervaring delen, maar dat deze ook beschikbaar komt voor een veel bredere groep van volgers.
figuur: Open Netwerk VoedselIinnovatie duurzame landbouw
Deze innovatieve aanpak heeft onder meer het Open Netwerk Voedsel Innovatie Zuid-Holland opgeleverd, met de Zuid-Hollandse Voedselfamilies als zelfstandig transitie- en innovatienetwerk. Het doel van het innovatienetwerk is elkaar te voeden met kennis en inspiratie over de proeftuinen. Dit netwerk speelt een essentiële rol bij de uitvoering van de Innovatieagenda en bestaat uit:
- Platform Duurzame Landbouw : circa 30 koplopers uit de landbouw- en voedselketen zijn verenigd in de ‘Zuid-Hollandse Voedselfamilies’;
- Kennisteam: voor het Kennis- en Ontwikkelprogramma met Wageningen Economic Research, Hogeschool InHolland, HAS Hogeschool en DRIFT/Erasmus universiteit;
- Proeftuinen : in uitvoering of in ontwikkeling door samenwerkende ondernemers uit de landbouw- en voedselketen.
Voor dit geheel is nu een Programmaraad in oprichting en een Stichting Zuid-Hollandse Voedselfamilies.
In 2018 is verder gestart met de uitvoering van de subsidieregeling "Stimulering maatschappelijke initiatieven duurzame landbouw" (vastgesteld bij de Begroting 2018). Ook is in 2017 gestart met de ondersteuning en samenwerking met het Programma Jong Leren eten (www.JongLerenEten.nl ). Om deze samenwerking verder te continueren is besloten bij de Begroting 2018 daarvoor een begrotingssubsidie van € 300.000 beschikbaar te stellen voor de jaren 2018-2020 op basis van het gezamenlijke Werkplan 2018-2020. De uitvoering van de activiteiten wordt gedaan door twee makelaars van het programma.
Vooruitblik: Tweede fase Uitvoering InnovatieAgenda Duurzame landbouw 2019-2022
In het Kaderbesluit Groen (juni 2018) is de volgende inzet opgenomen voor de komende collegeperiode:
- In 2016 is gestart met de eerste proeftuinen en het Open Netwerk Voedsel Innovatie Zuid-Holland. De Zuid-Hollandse Voedselfamilies is in werking, het Kennisteam is er en ook de proeftuinen gaan de komende jaren resultaat opleveren. De Zuid-Hollandse Voedselfamilies zullen eind van dit jaar hun toekomstbeelden hebben geconcretiseerd en dit betekent dat de vervolgfase van versnellen en verbreden van de innovaties kan gaan starten in 2019-2022. De huidige financiële POP3 subsidiemiddelen worden in 2018-2019 beschikt. Voor deze volgende fase van versnellen en verbreden is nieuwe financiering en ondersteuning van dit InnovatieNetwerk nodig en de tweede ronde van proeftuinen en verbreden van de bestaande proeftuinen. Dat is in de volgende collegeperiode aan de orde en legt daarmee beslag op het toekomstige budget. Dit past in het traject van de Strategische Verkenningen met het oog op de volgende begrotingscyclus, als ook de coalitieonderhandelingen voor een volgend college. Financiering kan dan verschillende vormen aannemen van subsidies, tot investeringsbijdrage tot een revolving fund. De eerste voorlopige indicatie is dat voor deze volgende fase van Versnellen enkele tientallen miljoenen nodig zijn waarvan een deel misschien via POP4 kan.